Rusland is verantwoordelijk voor het neerhalen van vlucht MH17 in 2014 en heeft daarmee de internationale afspraken over burgerluchtvaart geschonden. Dat heeft de Raad van de Internationale Burgerluchtvaart Organisatie (ICAO-Raad) geoordeeld in een zaak die werd aangespannen door Nederland en Australië, zo heeft het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken maandag gemeld.
De Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken Caspar Veldkamp noemt het besluit in een persbericht goed nieuws voor de nabestaanden en slachtoffers van vlucht MH17, die op 17 juli 2014 boven Oekraïne werd neergehaald. “De beslissing kan hun verdriet en het leed niet wegnemen, maar ze is een belangrijke stap in de richting van waarheidsvinding, gerechtigheid en rekenschap voor alle slachtoffers van vlucht MH17 en hun nabestaanden”, stelt de minister.
ICAO valt onder de Verenigde Naties. De 193 aangesloten landen hebben het Verdrag van Chicago ondertekend, waarin staat dat de staten geen wapens mogen gebruiken tegen vliegtuigen in de burgerluchtvaart. En dat verdrag heeft Rusland volgens de ICAO-Raad geschonden.
De raad buigt zich de komende weken over de vraag wat Rusland moet doen om te zorgen dat er rechtsherstel komt. Nederland en Australië hopen dat de raad Rusland oplegt om daarover met hen te onderhandelen.
Vlucht MH17 van Malaysia Airlines, op weg van Nederland naar Maleisië, werd op 17 juli 2014 neergehaald door pro-Russische rebellen in het oosten van Oekraïne. Alle 298 inzittenden, onder wie bijna tweehonderd Nederlanders en vier Belgen, kwamen om het leven.
|