Het Limburgs parket is op zoek naar de bestuurders van twee SUV’s die zes jaar geleden in de buurt van de Damiaanhoeve waren op de dag dat Gerty Vanhoef werd vermoord. Maar hoeveel weet het menselijk geheugen nog van zes jaar geleden?
Aan de afgelegen Damiaanhoeve in Elen merkten twee getuigen destijds één of twee SUV’s op in de buurt. Het parket roept de bestuurders op als getuigen. “Dat wordt moeilijk. Er moet op die dag al iets speciaals gebeurd zijn of de bestuurders moeten al iets speciaals gezien hebben”, zegt Durk Talsma, geheugenspecialist en experimenteel psycholoog van de UGent. “Anders vervagen dergelijke zaken in het geheugen. Onze dagelijkse episodische herinneringen vervagen snel. De grote gebeurtenissen slaan we wel op, maar dikwijls gebeurt dat ook heel gefragmenteerd en vloeien de herinneringen in elkaar over. Je weet nog wel dat bepaalde dingen zijn gebeurd, maar het wanneer en hoe kunnen vervagen. Zo kan het dus gebeuren dat twee mensen een totaal andere herinnering hebben aan dezelfde gebeurtenis.”
Fragmenten
“Het geheugen werkt niet zoals een harde schijf waar je informatie gaat opdiepen. De herinneringen vloeien in elkaar over en als we erover moeten getuigen gaat het om een reconstructie op basis van fragmenten die we hebben onthouden. Getuigen vullen ook ontbrekende informatie aan zonder het te beseffen, bijvoorbeeld op basis van wat ze later gelezen hebben over het misdrijf. Dat kan tot vervormingen van de waarheid leiden. Ons geheugen is geen archief waarin alles onveranderd wordt vastgelegd. Het gaat om een hele hoop losse snippers die we terug aan elkaar gaan plakken om ons iets te herinneren. En je kunt ze dus ook fout aan elkaar plakken. Ons geheugen werkt wel goed voor de grote lijnen, maar het loopt vaak mis in de details.”
Loopt het dan wel eens mis bij getuigen van misdaden? “Jazeker, het bekendste voorbeeld is dat van John Demjanjuk, een Amerikaanse Oekraïner die ter dood veroordeeld werd nadat hij door overlevenden van een vernietigingskamp herkend werd als de oorlogsmisdadiger Ivan ‘de Verschrikkelijke’. Achteraf kwam er bewijs dat dit niet klopte en hij werd vrijgesproken. Later bleek hij wel in een ander kamp actief geweest te zijn, maar de getuigen van dit proces hadden hun verhaal zelf aangevuld op basis van foto’s. Het is dus zelfs mogelijk dat we ons, ten gevolge van de suggestie van iemand anders, dingen kunnen herinneren die in werkelijkheid nooit hebben plaatsgevonden. Soms beslist zo’n getuigenverklaring over iemands leven. Je moet er dus voorzichtig mee zijn.”
|