FCE Kuurne klopte zaterdag nummer twee RC Waregem B in eigen huis. Aan een doelpunt van Apty Shabouev hadden de jongens van T1 Kurt Herman genoeg om drie belangrijke punten rijker te worden. Nu zaterdag hoopt Kuurne voor eigen volk te bevestigen tegen Winkel B. “Die zege heeft ons een ferme boost gegeven”, lacht Apty Shabouev.
De goedlachse en altijd optimistische Apty Shabouev is niet van een kleintje vervaard. Naast voetballer is hij ook beroepsbokser. Ondertussen heeft hij reeds drie bokskampen achter de rug, waarvan hij er twee won. “Of voetbal en boksen te combineren vallen? Ik ondervind daar geen last van. Integendeel, mijn fysieke conditie is nooit beter geweest. En ook inzake duelkracht heb ik vaak een streepje voor. Dat ik af en toe toch gehavend uit een bokspartij kom? Klopt. Als bokser moet je tegen een stootje kunnen. Vooral mijn gezicht krijgt het soms hard te verduren, maar dat weet je als je eraan begint. Trouwens, als je goed bezig bent, krijg je minder klappen. In een bokswedstrijd liep ik nog niet zo lang geleden een neusbeenbreuk op. Toch was het voor mij geen beletsel om de voetbalschoenen aan te trekken. Als profbokser mag je niet kleinzielig zijn.”
Veilig in België
De naam Shabouev verraadt dat Apty buitenlandse roots heeft. “Inderdaad. Ik ben geboren in Tsjetsjenië”, vertelt de 26-jarige Kortrijkzaan. “Toen ik twee jaar was, zijn mijn ouders naar België gekomen en ze zijn hier blijven plakken. Ik heb het hier best naar mijn zin. Of ik nog contact heb met familie in mijn land van herkomst? Niet meer lijfelijk. Met Rusland en Oekraïne als buurlanden is het momenteel te gevaarlijk. Hier in België zitten we een stuk veiliger.”
Apty Shabouev heeft als voetballer al bij heel wat clubs gespeeld. “Ik droeg ooit de kleuren van VK Dadizele, Rekkem en zelfs bij het ter ziele gegane Menen United ben ik nog aan de slag geweest. Ook bij Beselare, omdat ik de trainer Mike De Witte goed kende, heb ik een verleden. Ik was er graag, maar de slechte staat van het veld was er niet mijn ding. Vandaar mijn overstap naar Kuurne, waar mijn technische kwaliteiten op het kunstgras beter tot hun recht komen. Ik heb het me nog niet beklaagd. Vorig seizoen mochten we een titel vieren en ook in derde provinciale, ondanks de vele geblesseerden, staan we ons mannetje.”
|