Filip Ledoux en Marc Wittevrongel moeten zaterdag vroeg uit te veren. Rond 4.30 uur vertrekken ze voor de derde keer met hulpgoederen richting de Pools-Oekraïense grens. Waar de nadruk de vorige keer vooral op medische hulpgoederen lag, nemen de twee dit keer vooral revalidatiemateriaal, tenten en … een ambulance mee.
Op 12 maart vertrokken Filip en Marc voor het eerst met een tjokvolle bestelwagen naar het Poolse Lublin. “Toen zijn we met uitsluitend medisch materiaal naar ginder gereden”, blikt Marc terug. “En hoewel we aanvankelijk niet goed wisten wat we er van moesten verwachten, is het zeer goed verlopen. Achteraf kregen we ook foto’s toegestuurd van onze dozen in de ziekenhuizen, waardoor we wisten dat onze spullen goed terechtgekomen waren. En net daar was het ons om te doen.”
Een half jaar later staan Marc en Filip al aan de vooravond van hun derde trip. De noden van de ziekenhuizen zijn in die periode evenwel iets veranderd. “Qua medisch materiaal zitten de meeste ziekenhuizen nu wel relatief goed, waardoor ze nu vooral op zoek zijn naar hulpmiddelen voor revalidatie zoals cross- en hometrainers en tenten”, legt Marc uit. “Dankzij goede contacten met Medimost, een lokale hulporganisatie die in contact staat met Oekraïense ziekenhuizen, weten we aan welke producten er precies nood is.”
Ambulance gezocht
Het was diezelfde organisatie die Marc en Filip er bij hun laatste bezoek op attent maakte dat ook ambulances heel erg van pas zouden komen. “Die worden namelijk geregeld vernield en beschoten, terwijl ze essentieel zijn om gewonde soldaten en burgers van het front naar het ziekenhuis te brengen.”
Het duo wist aanvankelijk echter niet waar ze zomaar even een ambulance konden vinden. Tot de Rode Kruis Afdeling van Oostrozebeke te hulp schoot. “Zij hebben ons hun oude ambulance geschonken. De wagen is al zo’n achttien jaar oud, maar bolt nog zeer goed. Hij zal daar dus zeer goed van pas komen”, zegt Marc. “Van de Rode Kruisafdelingen van Tielt, Oostrozebeke en Kortrijk kregen we dan weer heel wat tenten.”
Apart rijden
Het maakt wel dat Marc en Filip dit keer niet samen kunnen rijden, maar elk in een ander voertuig de tocht naar Polen moeten maken. Toch goed voor een tocht van dik 1.500 kilometer. “De ambulance moet nu eenmaal ter plaatse geraken”, haalt Marc de schouders op. “En op die manier kunnen we ook de ambulance volladen met gerief, waardoor we nog meer materiaal kunnen meenemen.”
De twee hopen tegen zondag aan te komen aan de Pools-Oekraïense grens. Als alles goed gaat, zullen ze dan volgende week vrijdag terug in België arriveren.
|